11 januari 2006

Romeinse getallen

Het getallenstelsel van de Romeinen is waarschijnlijk ontstaan als een telsysteem voor de herders, die op een kerfstok bijhielden of ze wel met al hun schapen terug thuis waren gekomen. Later werden deze kerfstreepjes letters die uit het Romeinse alfabet werden overgenomen. Maar toch bleef dit getallenstelsel een primitief systeem.
Het maken van voor ons eenvoudige berekeningen en delingen, was met Romeinse getallen een hopeloze opgave. Eigenlijk werd het alleen gebruikt voor notaties en gebeurde berekeningen.

Romeinse getallen werden nog wel gebruikt voor het nummeren van de pagina’s van een boek, (wat we nu ook nog soms wel eens zien), of voor de notering van een datum. Op gebouwen bijvoorbeeld en tegenwoordig nog bij films.
Oorspronkelijk waren de Romeinse cijfers dus kerfstreepjes. Ze zijn dus niet gebaseerd op de beginletters van woorden. De latere Romeinen gebruikten geen aparte karakters voor de cijfers, maar leenden een aantal letters uit het gewone alfabet.

De Romeinen gebruikten de volgende cijfers:
M = 1000
D = 500
C = 100
L = 50
X = 10
V = 5
I = 1


De Romeinen kenden ook alleen maar hoofdletters(kapitalen). Maar soms vind je bijvoorbeeld bij een paginanummering, ook wel Romeinse getallen in kleine letters.

Het Romeinse systeem is ook decimaal (dus met 10 als basisgetal) maar de plaats van het cijfer in het getal heeft niet dezelfde betekenis als in ons moderne ‘getallenstelsel’. Bijvoorbeeld: het getal 777. Daarin betekent elke 7 iets anders, afhankelijk van zijn plaats in het getal.

Van rechts naar links. Meer bepaald 7,70 en 700. Maar in het Romeinse getal CCC betekent elke C een 100.

De waarde van een Romeins getal vindt je dus door alle cijfers bij elkaar op te tellen. De getallen geven dus ook alleen maar gehele, positieve waarden weer.

Maar om de notering vorm wat korter te maken, voegden ze later aan het systeem een subtractief element toe: als een kleinere waarde voor een grotere.

Geen opmerkingen: