14 januari 2006

Bankbiljetten

Alle Eurobiljetten beginnen met een letter, gevolgd door 11 cijfers.


letter land


Z Belgie S Italie
Y Griekenland R Luxemburg
X Duitsland P Nederland
W Denemarken N Oostenrijk
V Spanje M Portugal
U Frankrijk L Finland
T Ierland K Zweden
J Verenigd Koninkrijk

Na de letter volgen 10 cijfers en 1 controlecijfer.

Hoe wordt dit controlecijfer bepaald?

Vervang de letter door een getal (A=10, B=11 enz.)
Tel de 10 cijfers hierbij op.
Deel dit cijfer door 9.
Neem daarvan de rest.
Trek dit getal af van 9.
Dat is het controle getal

Voorbeeld:

Op een biljet staat: P0123456789
Wat wordt nu het controlecijfer?

P=26
som van de getallen is dan: 26+0+1+2+3+4+5+6+7+8+9 = 71
gedeeld door 9 = 7
de rest = 71/9 = 7,8
9-8 = 1 en dat is het controlecijfer

Geen opmerkingen: